Vergunningvrij aanbouwen?
Vergunningvrij: regelvrij?
Sinds 1 november 2014 zijn de regels voor ‘vergunningvrij’ bouwen uitgebreid. Het bouwen van een bouwwerk in een achtertuin is hiermee vereenvoudigd, maar dat betekend niet dat elke aanbouw aan de eisen van vergunningvrij bouwen voldoet. Ondanks dat de regelgeving voor leken is opgesteld, is het vaak ook zo verwarrend dat het ook een bron voor handhavingszaken is. Met andere woorden: het voldoet toch net niet, en hierdoor is alsnog een aanvraag omgevingsvergunning nodig. In het ergste geval dient de aanbouw aangepast of zelfs gesloopt te worden. Het is dus erg belangrijk om na te gaan of de aanbouw voldoet aan de voorwaarden voor vergunningvrij bouwen.
Als je het over plannen hebt voor het maken van een aanbouw aan je woning, zul je vaak horen: oh, dat is tegenwoordig erg makkelijk, gewoon 4 meter achter je woning! Is dat nu werkelijk zo?
In het onderstaande voorbeeld ga ik uit van een veel voorkomende woning in Nederland: de tussenwoning, met een tuindiepte van 10 meter, een schuurtje en een tuinhuisje. Het plaatje zie je aan het begin van dit artikel.
Waar mag je vergunningvrij bouwen?
Een vergunningvrije aanbouw (bijgebouw) moet in het ‘achtererfgebied’ en binnen een afstand van 4 meter van een hoofdgebouw worden gebouwd. Het hoofdgebouw hoeft nog niet te bestaan op het moment dat het vergunningvrije gebouw wordt gebouwd, als het hoofdgebouw maar wordt gebouwd. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid om een vergunningvrije aanbouw gelijk met een nieuwe woning te bouwen. Vergunningvrij bouwen geldt sowieso niet voor woningen die zijn gelegen in een beschermd dorps- of stadsgezicht of vallen onder de regeling rijksmonumenten.
Bereken eerst het bebouwingsgebied
Allereerst moet je het bebouwingsgebied berekenen. Het bebouwingsgebied is dat stuk van het perceel dat 1 meter achter de voorgevel-rooilijn begint. Hiervan moet je het oppervlak van het oorspronkelijke hoofdgebouw in dit gebied aftrekken. Voor een tussenwoning is het bebouwingsgebied dus dat stuk grond dat zicht achter de achtergevel bevindt.
Wat is het maximaal toegestane oppervlak?
Voor het berekenen van het maximale oppervlak dat je mag aanbouwen geldt het volgende:
- is het bebouwingsgebied kleiner dan 100 m²? Dan geldt voor het maximale toegestane oppervlak 50% van het bebouwingsgebied
- is het bebouwingsgebied groter dan 100 m², maar kleiner dan 300 m²? Dan mag je 50m² + 20% van het bebouwingsgebied boven de 100m² rekenen
- is het bebouwingsgebied groter dan 300 m²? Dan mag je 90m² + 10% van het bebouwingsgebied boven de 300m² rekenen (totaal max. 150m²)
In het voorbeeld is het bebouwingsgebied 60m². Dat zou betekenen dat er maximaal 50% van 60m² = 30m² aan aan- en bijgebouwen gebouwd mag worden.
Wat is er aan bebouwing aanwezig in het bebouwingsgebied?
Nu moet er gekeken worden naar de bijgebouwen die reeds aanwezig is in het bebouwingsgebied, en het gaat hier om àlle bijgebouwen (ook diegenen die in het verleden vergunningvrij zijn neergezet). In het voorbeeld is een schuurtje te zien (4×2,4m) en een tuinhuisje (2x2m). Het totale oppervlak van de bijgebouwen is hier dus 13,6m². Let op: een eerder aangebouwde erker bijvoorbeeld zal ook meegeteld moeten worden. De wetgever voorkomt hiermee dat aanbouw op aanbouw wordt gebouwd.
Wat mag je nu aanbouwen?
Uit de berekening van het maximaal toegestane bijbouwoppervlak kwam 30m². Hiervan moet het oppervlak van de reeds aanwezige bebouwing worden afgetrokken: 30m² – 13,6m² = 16,4m². Bij een breedte van 6m van de nieuw te realiseren aanbouw komt hier een diepte uit van: 2,73m. Waarschijnlijk een heel andere uitkomst als waar je in eerste instantie aan gedacht had.
Bovenstaand voorbeeld is gebaseerd op de meest simpele uitgangspunten. Het wordt nog ingewikkelder voor ‘eindwoningen’, half-vrijstaande en vrijstaande woningen. Het is dus van groot belang om, voordat je gaat beginnen, uit te zoeken hoeveel en wat je mag aanbouwen binnen de voorschriften van vergunningvrij bouwen. Want wat gebeurt er als je net klaar bent met bouwen en je buren klagen over overschrijding van de erfgrens of vermindering van uitzicht en zonlicht? Hiervan zullen ze melding doen bij de gemeente. Een vergunningvrij bouwwerk wordt pas getoetst tijdens of na de bouw er van. Het gevolg is dat wanneer men tijdens een controle constateert dat de aanbouw niet voldoet aan alle geldende regels, dat alsnog hersteld dient te worden. Dit kan door legalisatie (aanvraag omgevingsvergunning en dus alsnog extra kosten), maar in het ergste geval dient het bouwwerk afgebroken te worden. Het is tegenwoordig jouw eigen verantwoordelijkheid en risico dat het vergunningvrije bouwwerk aan ALLE geldende bouwregels voldoet (ook het Bouwbesluit met toegankelijkheids-, veiligheids- en technische voorschriften).